Wat is goed om wel of niet te eten? Ik heb gemerkt dat door rekening te houden met de eigenschappen van een aantal voedingsmiddelen je vitaliteit kan toenemen en bijvoorbeeld spijsverteringsklachten, overgangsklachten en vermoeidheid kunnen verminderen. Daarom kan een voedingsadvies heel zinvol zijn. Ik hanteer daarbij geen lijst met daarop wat je wel of niet zou moeten eten, en ook hang ik niet een bepaald specifiek dieet aan. Ik vind het zinniger dat je zelf leert om te voelen wat jou goed doet. Van daaruit kan je dan zelf keuzes maken.
De diëtiste Rya Ypma* heeft een mooi boekje (Eten met aandacht) geschreven over de relatie tussen voeding, eigen ervaring en de invloed daarvan op je gezondheid. De titel geeft heel mooi weer hoe ik voeding en voedingsgewoontes graag benader: 'Eten met aandacht: Doe ik het goed of doet het mij goed?' Er is een groot verschil tussen proberen 'het goed te doen' of om zelf te merken dat iets je goed doet. Door in plaats van 'overgeleverd' te zijn aan adviezen en voorschriften van allerlei deskundigen die je probeert op te volgen, leert om aandacht te hebben voor wat je zelf ervaart aan verschillende voedingsmiddelen kan er meer eigen ervaring ontstaan. Van daaruit kan je je eigen keuzes maken en ben je niet steeds bezig om voorschriften te volgen en met je af te vragen of je het wel of niet goed doet. De twijfel of je het nu wel echt goed doet blijft dan vaak bestaan. Mijn indruk is dat dat ondermijnend is voor het vertrouwen in je eigen koers.
Suggesties die ik doe houden vaak verband met de zgn. 'energetische temperatuur' van voeding. Een eenvoudige opsomming van energetische ‘warm/koud’ kwaliteiten van voedingsmiddelen vind je bijvoorbeeld hier.
Groene thee bijvoorbeeld heeft een sterk koelende energie en venkelzaad een verwarmende. Mensen in een oncologisch traject zijn vaak uitgesproken kouwelijk. Of ze ervaren juist te veel warmte. Rekening houden met deze energetische temperatuur van voeding is dan vaak heel behulpzaam. Je kunt als je kouwelijk bent bijvoorbeeld uitproberen hoe het is om groene thee te laten staan. In plaats daarvan kan je kijken hoe het is om enkele weken venkelzaad thee te drinken. Ook kan je als je kouwelijk bent gemberpoeder (dus geen verse gember) door je muesli, soep, groente, kwark doen en kijken of je warmer wordt.
Wat mede van invloed kan zijn op je welbevinden is het tijdstip waarop je eet. Dit sluit aan bij het idee van de biologische klok. ‘Ontbijt als een keizer, lunch als een koning en dineer als een zwerver’, is een oud gezegde. In de ochtend is de kracht van onze spijsvertering op zijn grootst en daarmee het vermogen om te verteren. Door het zwaartepunt van de voeding naar de ochtend te verleggen zal je waarschijnlijk meer profijt van je maaltijd hebben met minder klachten. Je kunt het gewoon eens uitproberen. Hoe (be)valt de warme maaltijd als je die rond twaalf uur gaat gebruiken in plaats van 's avonds en als je ontbijt met bijvoorbeeld fruit, havermout etc.
De wijze waarop voedingsgewassen geteeld worden heeft invloed op de vitaliteit ervan. Het is niet zo moeilijk voor te stellen dat planten die zonder ‘medicamenten’ (bestrijdingsmiddelen) niet in staat zijn om te overleven en te groeien weinig vitaal zijn. Ze hebben ons dus ook niet veel vitaliteit te bieden. De biologische en biologisch-dynamische teelt is juist gericht op het bevorderen van de gezondheid van de voedingsplanten. Ook de bodem wordt gevoed (met echte mest) in plaats van opgejaagd met ‘kunst’mest. Mede hierdoor zijn de planten sterk en vitaal en hebben ze geen bestrijdings- middelen nodig. Veel mensen geven aan dat dat ook in de smaak terug te vinden is. Ook hier geldt weer: probeer het eens uit, en kijk of het je goed doet.
In bredere zin kan je je ook afvragen welke indrukken of bezigheden je ‘voeden’. Of misschien vooral ballast zijn. Een avondje tv kijken: doet dat je goed? Misschien wel. Misschien merk je als je er op let dat je er juist moe van wordt en met een leeg gevoel naar bed gaat. Zo kan je breder kijken naar wat je allemaal opneemt aan indrukken en of dat je al of niet goed doet. Wordt je er energiek van of juist moe? Brengt het je plezier en inspiratie of wordt je er mat van?
Van een aantal voedingsmiddelen en kruiden is bekend dat ze de werking van medicatie kunnen versterken of juist afzwakken. Sint-Jans kruid, groene thee, en grapefruit bijvoorbeeld hebben invloed op de werking van bepaalde cytostatica en op middelen die gebruikt worden bij hormoontherapie. Een goede en betrouwbare site met informatie over de invloed van voedingsmiddelen, kruiden en supplementen op de werking van medicatie kun je vinden op Memorial Sloan Kettering Cancer Centre Mijn advies is om hierover met je oncoloog, verpleegkundig-specialist of oncologie-verpleegkundige te overleggen als je meer informatie wil. In mijn praktijk kun je er ook naar vragen.
Zie de volgende pagina's:
Mijn praktijk is aangesloten bij het Oncologiezorgnetwerk Utrecht Stad
Oncologie-zorgnetwerken worden ondersteund door het Integraal Kankercentrum Nederland
opgenomen in verwijsgidskanker